Trouw en Vrij Nederland

Gepubliceerd door Alphons Siebelt op

Het illegale blad Trouw ontstond begin 1943, toen een groep uit de kringen van Vrij Nederland zich afsplitste.  Over de geschiedenis van beide bladen is veel geschreven. De basisinformatie is te vinden in het boek van Winkel. Specifiek over Trouw gaat het boek van Peter Bak uit 1993, Harde koppen, rechte lijnen, dat op internet te lezen is. Daarin wordt ook aandacht besteed aan Vrij Nederland.
Het onderstaande verhaal spitst zich toe op de verspreiding en vervaardiging van beide illegale bladen in Leiden en omgeving.

Vrij Nederland en Trouw

Vrij Nederland was een van de eerste illegale bladen met een landelijke verspreiding. Concrete gegevens over de verspreiding van VN in Leiden zijn er niet. Dat blijft voorlopig een blinde vlek. Een eerste spoor van de aanwezigheid van VN in de omgeving is te vinden in de herinneringen van Jobien van der Laan-Boelens uit Rijnsburg. Zij en haar man, de huisarts Edzard van der Laan, waren bevriend met Jaap Speelman, een oud-studiegenoot van Edzard. Hij bracht hen in het najaar van 1940 in contact met zijn broer Wim, die toen al bij de verspreiding van VN betrokken was. Het gestencilde blad had toen een oplage van 750 exemplaren. Zowel de Speelmannen als Van der Laan waren zoons van een gereformeerde dominee. Wim Speelman werd een van de belangrijkste organisatoren van het verspreidingsapparaat. Een jaar later werd VN gedrukt en de oplage bleef stijgen.
In 1942 kwam Wim Speelman steeds harder in conflict met de redactie van VN. Met enkele gelijkgestemden werd besloten een nieuw blad te beginnen, dat een veel sterker christelijk-nationaal karakter moest hebben. De liefde voor het Huis van Oranje moest meer worden benadrukt: God, Nederland en Oranje! Het eerste nummer was een speciale uitgave ter gelegenheid van geboorte van prinses Margriet (19 januari 1943) onder de titel Oranjebode, gedrukt op oranje papier of met oranje inkt. Daarna werd het Trouw. Van begin af aan werd er een strikte scheiding aangehouden tussen redactie en de verspreiders. De ervaring bij Vrij Nederland had geleerd dat een vermenging van taken rampzalige gevolgen kon hebben. De redactie bestond overwegend uit personen die uit de Anti Revolutionaire Partij afkomstig waren, maar Trouw was geen partijblad. De organisatie van Trouw heeft behalve het blad ook nog enkele aparte brochures uitgegeven.

Hulp aan onderduikers
Overigens had Trouw ook een zeer actieve verzorgingsgroep voor onderduikers. Vooral in Rijnsburg zijn via Trouw vele joodse kinderen ondergebracht. De knokploeg van Johannes Post ging regelmatig op pad om bonnen buit te maken voor de groep.

Trouw in Leiden
Trouw werd vanaf het begin als een klassieke krant gedrukt, met lood-zetsel. Of het in Leiden werd vervaardigd is niet bekend, maar het zetsel werd wel enige tijd van uit Leiden naar verschillende drukkerijen in het land gebracht. Naar verluid door acht Indonesische studenten (of studenten Indologie) uit Leiden, onder wie  Fred Winia en Dick Sineck. Maar ook Ula Grobbe heeft zetsel vervoerd per fiets naar Alphen aan den Rijn. Later werd van het zetsel een stype gemaakt, een kartonnen plaat waarvan ter plaatse een loodzetsel kon worden gegoten. In Zuid-Holland werd Trouw lange tijd gedrukt bij o.a. J.C. Kat in Hillegom, waar in totaal meer dan 1 miljoen nummers zijn gedrukt. In Leiden heeft L. Demmenie een of meerdere keren de krant gedrukt, totdat een inval van de Sipo/SD op 28 februari 1944 daar een einde aan maakte.

Leidse editie
Door de staking van de Nederlandse Spoorwegen vanaf medio september 1944 werd de verspreiding van het landelijke blad Trouw bemoeilijkt. Dat werd opgevangen door plaatselijke edities te vervaardigen. Artikelen werden via koeriers overgebracht, maar men verzorgde zelf de nieuwsberichten. Het eerste nummer van de Leidse editie was gedateerd 11 november 1944 en was gestencild. Vanaf december 1944 verscheen enkele malen ook een gedrukte editie. Het verscheen eerst twee maal, later drie maal per week in een oplage van ongeveer 1000 exemplaren.
Het centrale punt was gevestigd in een huis, dat bij de sterrenwacht hoorde. Daar werd in ieder geval gestencild.