Hakkert, Cornelis

Gepubliceerd door Alphons Siebelt op

Over zijn ervaringen in de illegaliteit heeft Cornelis Hakkert in 1982 verteld in een interview voor het project Ook in Leiden. Hakkert (1915-1996) maakte de Meidagen van 1940 mee als gemobiliseerd militair, maar nam niet deel aan gevechten. Hij was daarna werkzaam als administratieve kracht bij het gemeentelijk elektriciteitsbedrijf. Via een oude kennis Bram Kapaan kwam hij in contact met de illegale groep van de Raad van Verzet rond Joop Dubbeldeman. Hij deed mee aan verschillende acties van deze groep. In het interview vertelt hij dat hij als uitkijkpost fungeerde bij de overval op een boerderij in Oud Ade, die voor een aantal deelnemers verkeerd afliep. Overigens was dit waarschijnlijk geen actie van de RVV.

Overvallen
Eind februari werd een overval gepleegd op een boerderij op de Zijl, waar een partij kaas werd weggehaald. Waarschijnlijk werd Hakkert herkend door een daar ondergedoken kennis, maar hoe dan ook, op 8 maart 1945 stond de Landwacht voor de deur. Hakkert woonde toen met zijn vrouw, met wie hij net was gehuwd, aan de Haven. De Landwachters vertrokken, maar ’s avonds stond de Feldgendarmerie aan de deur. Hakkert zelf wist te ontkomen, maar zijn vrouw, met wie hij kort daarvoor was gehuwd, werd meegenomen evenals de overbuurman die net op bezoek was. Ze werden enige dagen vastgehouden, maar dat bleef verder zonder gevolgen.
Verder vertelde Hakkert in het interview over een overval in 1943 op café De Ster van C.S. Kleinman aan de Haarlemmerstraat, dat volgens hem een kroeg voor zwarthandelaren was. De overval werd uitgevoerd met mannen van een andere ploeg. Twee daders van deze overval werden op 30 december 1944 gearresteerd.