Bioscoop Lido
Van de vijf Leidse bioscopen kwamen er drie al heel gauw na de capitulatie in Duitse handen, aangezien de eigenaren Joden waren. Dit gebeurde dus al maanden voordat er sprake was van ariërverklaring of verplichte registratie. De bioscoop was voor Joseph Goebbels, de Duitse propagandabaas, een uitstekend medium voor de promotie van Duitse films en het vertonen ban Duitse nieuwsberichten.
Bioscoop Lido werd al in 1940 onteigend van Meijer van Kleeff en kreeg een Duitse Verwalter, Theodor Eglauer. Dat was een Alte Frontkämpfer, een veteraan uit de Eerste Wereldoorlog. Lido was geen ‘premièrebioscoop’, maar had in 1943 wel de première van de film De Gouden Stad met Kristina Söderbaum in de hoofdrol onder regie van haar man Veit Harlan. De eerste kleurenspeelfilm van Duitse bodem, die een absolute kaskraker werd en nog regelmatig in andere Leidse bioscopen te zien zou zijn. In deze bioscoop draaiden regelmatig Duitse propagandistische films en werden Duitse bijeenkomsten gehouden. Maar gewoonlijk draaiden er Duitse films, net zoals in alle andere bioscopen.
Lido was (verplicht) afnemer van Profilti Hollands nieuws en UFA-wereldnieuws (die Deutsche Wochenschau). Vermoedelijk de enige keer dat Leiden in het Hollands nieuws ter sprake kwam was in juli 1941 met een NSB-propaganda-item Kerkelijke politieke misstanden, handelend over het conflict tussen de NSB en de rooms-katholieke kerk over begrafenis van een NSB-kameraadske op de rooms-katholieke begraafplaats bij de Zijlpoort. Een korte tekst hierover is te vinden in het boek Leiden4045 (literatuurlijst 2015A).
Meer lezen? Thomas Leeflang, De bioscoop in de oorlog (Soesterberg 2009).