Burlage-Nat, Willie en Lous
Het echtpaar Willie (1887-1972) en Lous Nat-Burlage (1901-?) was na de pensionering van Willie als assistent-resident met hun twee opgroeiende kinderen van uit Nederlands-Indië naar Nederland teruggekeerd en in Oegstgeest komen wonen. In oktober 1942 namen ze de drie kinderen van het Joodse echtpaar Struch in huis op. Die zouden eigenlijk bij de buren Cozijn gaan verblijven, maar dhr. Cozijn had TBC.
Het gezin Struch had in Duitsland gewoond en was in 1938 na de Kristallnacht naar Breda gevlucht. De vader van de drie kinderen werd in juli 1942 gedeporteerd en stierf in oktober 1942 in KZ Mauthausen. De moeder Sylvia Struch-Loeser bracht ze naar Oegstgeest en dook zelf onder, maar is daarna toch opgepakt en in juli 1943 vermoord in Sobibór. Sylvia Loeser had aan de Leidse universiteit gestudeerd.
De drie kinderen gingen niet naar school. Wel mochten de twee jongens regelmatig vrij op straat komen, het meisje (de oudste) moest vanwege haar uiterlijk binnenblijven. Het gezin met in totaal vijf kinderen kreeg enige ondersteuning van de illegaliteit. Een van de jongens ging in de Hongerwinter gewoon naar de gaarkeukens om daar eten te halen.
Na de oorlog bleven de drie ouderloze kinderen nog enkele jaren bij de familie Burlage wonen.
De Israëlische organisatie Yad Vashem erkende Willie en Lous op 25 augustus 2003 als Rechtvaardige onder de volkeren.
Lees het artikel van Ruud Sep in het Leidsch Dagblad van 25 mei 2005. Zie ook de database van Yad Vashem en Joods Monument.
