Carlie, Nicolaas
De horlogemaker Nicolaas Carlie (1907-1991) kreeg op zekere dag, eind 1943, bezoek in zijn winkel van een hem bekende vertegenwoordiger in optische instrumenten, Herman Speyer. Die was ontsnapt uit Westerbork en vroeg Carlie om onderdak. Tot aan het einde van de oorlog woonde Speijer in de voorkamer op de eerste etage van het pand aan de Diefsteeg. Wel maakte Carlie een verborgen ruimte voor noodgevallen. Op een dag, het zal eind 1944 of zelfs 1945 zijn geweest, werd de Diefsteeg afgegrendeld door Duitse militairen. Een huiszoeking leverde niets op. Terwijl Speijer weer beneden zat kwam er opnieuw een Duitse militair binnen. Die bood echter alleen een horloge aan ter reparatie. Speijer maakte een praatje met hem en kreeg een half pakje sigaretten. Carlie ontving op 8 november 1986 de onderscheiding Rechtvaardige onder de volkeren van de Israƫlische instelling Yad Vashem. Speijer bleef in Leiden wonen en zette zich in voor de wederopbouw van de Joodse gemeente.