Lezwijn-Jong, Jacobus en Margaretha
Jacobus Lezwijn (1896) was conducteur bij de NZHTM, beter bekend als de “blauwe tram”. Op 5 augustus 1941 werd hij gearresteerd wegens communistische activiteiten. Lezwijn stierf in Dachau op 31 januari 1945. Zijn naam staat op Monument De Naald. Zijn dochter Hendrika kreeg later in de oorlog contact met de met de groep rond Joop Dubbeldeman , met wie zij na de oorlog in het huwelijk trad. Hendrika Lezwijn bezorgde illegale bladen.
De eerste maanden na Lezwijns arrestatie had de NZHTM nog loon uitbetaald aan zijn echtgenote, maar toen de directie daarmee stopte gingen zijn collega’s wekelijks geld inzamelen om de loonbetaling te kunnen voortzetten. In totaal werd ongeveer fl 8000 bijeengebracht, waarvan een deel ook ten goede kwam aan andere collega’s of hun gezinnen. Met het restant van iets meer dan fl 1000 werd na de oorlog een Lezwijnfonds gesticht voor bijzondere noden onder trampersoneel van het complex Leiden. Margaretha Lezwijn bleef ondanks de arrestatie van haar man medewerkster van het illegale blad De Waarheid. De naam van Jacobus Lezwijn wordt vermeld op het (oorlogs)monument De Naald.