Amerongen-Van Frank, familie Van

Gepubliceerd door Alphons Siebelt op

Hartog en Vronika van Amerongen-van Frank Hartog Joël (1874) en zijn vrouw Vronika  van Amerongen-van Frank (1883) hadden een juwelierszaak. In februari 1941 kwam Vronika in grote problemen toen zij twee zonen uit een beruchte NSB-familie iets toeriep, waardoor de jongens zich beledigd voelden. De jongens, leden van de WA, waren gewond geraakt bij hevige straatrellen tussen de WA en politieke tegenstanders. Hun moeder deed haar beklag bij Heinz Steffin, de Ortsgruppenleiter van de NSDAP in Leiden, die aangifte deed bij justitie. Vronika werd berecht en werd in september 1941 veroordeeld tot drie maanden gevangenisstraf. Steffin zorgde ervoor, dat hij Verwalter werd van de juwelierswinkel en mocht delen in de leegverkoop. Al in december 1941 werd de zaak opgeheven. Het pand werd in februari 1944 door het ANBO te koop aangeboden voor fl. 9350 of voor een huurprijs van fl. 650 per jaar.

Hartog en Vronika werden op 2 juli 1943 in Sobibór vermoord. Het overlijdensregister van de gemeente Leiden bevat van hen echter geen overlijdensakten. Twee thuiswonende kinderen overleefden de oorlog. Hun zoon Levie (1905) verbleef enige tijd in het St. Elisabethziekenhuis met een gefingeerde aandoening. Hij overleefde de oorlog als krijgsgevangene in Stalag IVB Mühlheim ten noorden van Dresden. Saartje (1914) overleefde de oorlog ondergedoken in Rotterdam. Het derde kind was gehuwd en woonde elders. Zij en haar vier kinderen overleefden de oorlog, maar haar man werd in Sobibór vermoord.

Na de oorlog zette Levie de zaak van zijn ouders op hetzelfde adres voort. Hij werd in oktober 1978 in zijn zaak vermoord. De dader werd nooit gepakt.

Stolpersteine voor Hartog en Vronika van Amerongen-van FrankIn 2017 werden voor de voormalige woning van Hartog en Vronika twee Stolpersteine gelegd.

Informatie uit diverse bronnen, onder meer van familie. Afbeeldingen via familie.