Conservenfabriek Nieuwenhuizen Segaar
De bedrijvigheid van de Fabriek voor verduurzaamde levensmiddelen v/h L.E. Nieuwenhuizen Segaar had in de jaren dertig onder grote druk gestaan, maar was vlak voor de oorlog weer bevredigend geworden. In de oorlogsjaren moest het bedrijf echter op halve kracht werken met slechts de helft van het vooroorlogse personeel, ongeveer 20-25 vaste krachten. Dat één van de directeuren, Leo Nieuwenhuizen Segaar (1898-1985) lid was van de NSB veranderde daar niet veel aan. Hooguit heeft hij het bedrijf kunnen behoeden voor sluiting. Andere conservenfabrieken zoals Tieleman & Dros of Schoondergang-Speet draaiden veel beter. Vanwege de schaarste aan verpakkingsmateriaal zamelde het bedrijf zoveel mogelijk gebruikte blikken in om de opnieuw te kunnen gebruiken.
Leo en zijn jongere broer Frits (1902-1993) vormden de directie. Zij verschilden sterk in hun politieke opvattingen, hetgeen tot spanningen leidde. Leo werd kort voor het einde van de oorlog nog even wethouder van de gemeente Leiden. Na de oorlog werd hij bestraft, waarna hij terugkeerde als directeur.