Verhoef, Jan

Gepubliceerd door Alphons Siebelt op

Portret geschilderd door Pieter Gerardts sr. (coll. Verhoef)

Begin 1941 opende de Leidse fabrikant Jan Verhoef (1910-1978) een vleesverwerkende conservenfabriek aan de Langegracht/3e Binnenvestgracht met de naam Vianda. Op 6 maart 1942 werd hij in de fabriek gearresteerd door de Duitse Sicherheitspolizei, tegelijk met twee Joden. Het waren de uit Rotterdam afkomstige Levi Messcher (1895) en zijn schoonzus Sophie Muijsson-Gazan (1905). Levi en Sophie werden behandeld als “strafgeval” en werden op transport gezet. Levi stierf in Mauthausen op 6 juli en Sophie in Auschwitz op 31 oktober 1942. De vrouw van Levi Messcher overleefde de oorlog in onderduik met hun dochtertje. De man van Sophie en hun kind bleven ongemoeid aangezien de man niet-Joods was.
Jan Verhoef werd na zijn arrestatie overgebracht naar het concentratiekamp Sachsenhausen bij Berlijn. In augustus 1944 kwam hij vrij omdat hij een kind van de commandant had gered uit een brandend huis. Verhoef trof bij thuiskomst de fabriek in deplorabele staat aan. Tijdens de Hongerwinter was de fabriek een van de drie gaarkeukens in Leiden. Verhoef overleed in 1978. De fabriek werd in 1964 gesloten, de gebouwen werden vier jaar later gesloopt.
De Warmondse schilder Pieter Geraedts maakte enkele jaren voor Jans dood een portret van hem, dat is opgenomen in het boek van André van Noort Pieter Geraedts sr. De man die zichzelf bleef (Warmond 2015).