Woelders, Michiel
In 1939 kwam Michiel Woelders in Oegstgeest van uit Amsterdam wonen in de De Kempenaerstraat 68. In 1940 begon hij met een studie Indologie aan de Leidse universiteit. Later woonde hij volgens Oegstgeest in bange dagen in de Toorenveltstraat 14 met zijn moeder en zus. Hij werkte bij een kein accountantskantoor in Leiden. Eveneens volgens Oegstgeest in bange dagen had hij contact met de in Delft wonende, maar in Den Haag praktijkvoerende jonge advocaat Kees Chardon. Als advocaat was Chaudron zeer actief in het onderbrengen van Joodse onderduikers. Hij werd in januari 1944 gearresteerd en zou de bezetting niet overleven. Woelders raakte betrokken bij het werk van Chardon. Waarschijnlijk kenden Chardon en Woelders elkaar uit de kring van de gereformeerde jongeren in Amsterdam. Chardon had daar gestudeerd aan de Vrije Universiteit. De familie Woelders behoorde tot de gereformeerde kerken in hersteld verband. Woelders wist in Oegstgeest en Rijnsburg een eigen netwerk op te zetten, waartoe onder meer Arie Perfors in Leiden en Harm Wolthaus, Siem Leenheer, Jan Kromhout en Piet van Egmond in Rijnsburg behoorden. Daarnaast had hij contact met Leny Visser. Het lijkt zeer waarschijnlijk dat Woelders na de arrestatie van Chardon deel ging uitmaken van het netwerk van de Landelijke Organisatie voor hulp aan onderduikers (LO), maar daarover bestaat geen zekerheid.