Communistenjacht

Gepubliceerd door Alphons Siebelt op

communisten stalin lenin trotskiDe nazi’s haatten de communisten net zo erg als de Joden en vervolgden ze in Duitsland hevig sinds ze aan de macht waren. Toch sloten ze op 24 augustus 1939 een niet-aanvalsovereenkomst met de Sovjet-Unie, het zogeheten Molotov-Von Ribbentroppact. In een geheime bijlage werd de verdeling van Polen geregeld. Het gaf Hitler de vrije hand om begin september Polen binnen te vallen. De Tweede Wereldoorlog was daarmee een feit. De Sovjet-Unie profiteerde er van door ook een deel van Polen te bezetten. Het zou nog tot 22 juni 1941 duren voordat Duitsland ten strijde trok tegen de aartsvijanden.

Na het begin van de bezetting van Nederland kregen de Nederlandse linkse partijen CPN, RSAP en de SDAP een commissaris in de persoon van de prominente NSB’er Meinout Rost van Tonningen. Hij kreeg de uitsluitende leiding en het uitsluitende beheer. De CPN en de RSAP werden verboden en geliquideerd, de SDAP hief zichzelf op. Nuttige sociaaldemocratische organisaties uit de socialistische zuil, zoals media, verzekeraars en vakbonden werden overgenomen en gecontinueerd, meestal onder een andere naam. Pogingen om het kader en de leden van de SDAP over te halen om zich bij de NSB aan te sluiten mislukten, reden waarom de partij in de zomer van 1941 alsnog werd geliquideerd. Politiek links was in principe monddood gemaakt.

De communisten en revolutionair-socialisten waren al kort na de capitulatie begonnen  illegale bladen en pamfletten te verspreiden en leuzen te kalken. Bekend zijn de bladen De Waarheid en De Vonk, dat in twee varianten verscheen.

Leidse communisten
Voor de oorlog waren er verschillende linkse partijen en partijloze stromingen in Leiden actief. Voor de Nederlandse regering waren dat staatsgevaarlijke organisaties en individuen. Het is wel zeker, dat de Leidse politie dossiers heeft bijgehouden over hun activiteiten. De Leidse CPN (Communistische Partij Nederland) kreeg bij de verkiezingen van 1939 genoeg stemmen om Henk van Welzen in de gemeenteraad te kiezen. Andere partijen kregen te weinig stemmen om een zetel te kunnen bemachtigen. Nadat de CPN door de Bezetter was verboden werd Van Welzen per direct de toegang tot de Leidse gemeenteraad ontzegd.

Boek: Vuile oorlog
In 2011 verscheen het boek Vuile oorlog in Den Haag. Bestrijding van het communistisch verzet tijdens de Duitse bezetting, geschreven door Rudi Harthoorn, wiens vader in de zomer van 1941 werd opgepakt. Op de website Leiden4045.nl staat een recensie van dit uitmuntende boek. Harthoorn maakte een reconstructie van de vervolging van communisten en aanhangers van andere linkse partijen (maar niet van de SDAP) in de plaatsen Den Haag, Delft en Leiden. Volgens Harthoorn zijn de arrestaties in een bepaalde volgorde verlopen: eerst een aantal belangrijke figuren, daarna de wat minder belangrijke personen en tot slot zoveel mogelijk overgebleven communisten. De Leidse CPN had in 1937 misschien iets meer dan 70 leden zoals blijkt uit een door Harthoorn gebruikte bron.

Eerst de actievelingen
In de zomer van 1940 begon de Sipo/SD met de jacht op gevluchte Duitse communisten. Daar woonden er verschillende van in Leiden, bijvoorbeeld Maximilian Gorzynski en Alfred Kimmel. Maar ook Nederlandse communisten werden doelwit. De Sipo/SD had al snel een lijst met namen omdat de Nederlandse politie die gevaarlijke lieden namelijk ook al vóór de oorlog had gevolgd en dossiers over hen had aangelegd. Die dossiers waren niet vernietigd en de Sipo/SD kon daar vrijelijk gebruik van maken. Commissaris R.J. Meijer werkte daar aan mee. Diverse Leidse politiemannen traden in dienst van de Sipo/SD of behoorden tot de NSB of het Rechtsfront. waarschijnlijk zullen de infiltranten en verklikkers, die er vóór de oorlog waren geweest, hun werk hebben voortgezet.
Voorlopig bleef de jacht op communisten beperkt op de personen, die op een of andere manier tegen de Bezetter actief waren, hoofdzakelijk door het verspreiden van pamfletten en illegale bladen of het kalken van leuzen en dergelijke subversieve daden.
In dat eerste jaar van de bezetting werden dergelijke activiteiten beslist niet alleen door communisten ondernomen, maar door mensen van allerlei opvattingen. Alleen, wanneer communisten werden gepakt wachtte hen een strengere bestraffing.

Rond 22 Juni 1941: de bekende topfiguren
Rond de inval van Nazi-Duitsland in de Sovjet-Unie op 22 juni 1941 werd de vervolging van communisten flink opgeschroefd. De bolsjewieken waren nu de grote vijand. Op verzoek van de Sipo/SD stuurde de Leidse commissaris R.J. Meijer twee lijsten van personen, die als communist of als radicale socialist bekend stonden. Veel van die namen moeten al bij de Sipo/SD bekend zijn geweest, maar het was natuurlijk wel handig dat de Leidse politie de adressen er bij had genoteerd.
Een fors aantal leden van de CPN en de RSAP die tot dan toe ongemoeid waren gelaten, werd in de dagen na het begin van operatie Barbarossa gearresteerd. Onder hen bekende namen als Nico Olivier sr. en oud-gemeenteraadslid Henk van Welzen. In Oegstgeest werd Arie van Egmond opgepakt, in Leiden zijn broer Johan en diens schoonzoon Henk Paalvast.

Naar de kampen
De communisten werden overgebracht naar Duitsland. Van de 15 gearresteerde Leidse communisten kwamen er 11 om in een concentratiekamp. Op een lijstje dat commissaris Meijer had opgestuurd stonden ook de namen van 11 radicale socialisten, leden of ex-leden van de RSAP. Zij kwam er goed vanaf omdat ze overtuigd anti CPN en anti Sovjet-Unie waren. Ze werd vrijgelaten, behalve dan Louis de Bolster, die gevangen bleef. Hij werd in 1942 in Auschwitz (dat ook een “gewoon” concentratiekamp was) vermoord. Misschien bleef ook Evert Groen gevangen; hij stierf kort voor het einde van de oorlog in Duitsland, maar niet in een concentratiekamp. De rest overleefde de oorlog.

Indonesiërs
De CPN en de RSAP was niet de enige politieke partijen en bewegingen die de onafhankelijkheid van Nederlands-Indië steunden, maar wel de grootste en de meest constante in de politiek. Ook daarom was de partij niet geliefd onder de Nederlandse bevolking, die de afscheiding van de kolonie onvoorstelbaar en onaanvaardbaar vond. Maar een deel van de Indonesische nationalisten was juist vanwege de communistische steun lid van de CPN.
Eind juni 1941 deed de Sipo/SD (vermoedelijk waren het Leidse agenten) een inval in verschillende woningen van Indonesische studenten in Leiden en in het Indonesische clubhuis aan de Hugo de Grootstraat op zoek naar leden van de Indonesische verzetsgroep Perhimpunan Indonesia. Raden Mas Sidartawan en Parlindungan Lubis werden gearresteerd. De anderen konden ontsnappen.

Voortdurende vervolging
Nadat de eerste groep leidinggevende communisten was opgepakt en afgevoerd kon de Sipo/SD overgaan naar de tweede fase, de mindere belangrijke personen. Na de klap in juni stelde de landelijke CPN een nieuwe verbindingsman (‘instructeur’) aan in de persoon van Herman Holstege uit Den Haag. Zijn contact in Leiden was Johannes Onvlee. Nadat Holstege op 1 augustus was opgepakt (hij werd op 2 september vermoord) viel ook Onvlee in handen van de Sipo/SD en wel op 11 augustus. Jan Lepelaar volgde in oktober en zo ging het maar door. De Sipo/SD bleef de communisten en lezers van De Waarheid en andere linkse bladen tot aan het einde van de oorlog fanatiek vervolgen. De lijst met Leidse oorlogsslachtoffers bevat tal van namen van mensen die wegens communistische sympathie of wegens bezit van De Waarheid zijn opgepakt.

Organisatie
Over de organisatie van de communisten in Leiden is nauwelijks iets bekend, maar die is er uiteraard wel zijn geweest. Er is namelijk ook financieel en materieel gezorgd voor de families van de gearresteerde kameraden.
Verder weten we dat er in 1944 een scheuring is geweest in de links georiënteerde Raad van Verzet (RVV) omdat de communisten uit de Binnenlandse Strijdkrachten werden geweerd. De groep ging verder onder leiding van Joop Dubbeldeman en bestond uit zowel communisten als niet-communisten.

De Waarheid
Het eerste nummer van het illegale blad De Waarheid van de landelijke CPN verscheen al in november 1940 en zal ook in Leiden zijn verspreid. In de oorlogsjaren zijn verschillende lezers, dan wel verspreiders van het blad opgepakt. Voor zover valt na te gaan waren verschillende lezers van De Waarheid niet altijd overtuigde communisten en ook geen lid van de illegale CPN. Maar dat heeft hen niet kunnen redden. Over de oplage van De Waarheid in Leiden zijn geen gegevens voorhanden. Later in de oorlogsjaren werd De Waarheid ook wel ergens in Leiden gestencild of zelfs gedrukt. Dat moet vooral in de Hongerwinter zijn geweest. Bekend is dat de drukkerij Luctor et Emergo dat enige tijd heeft gedaan.

Bronnen:
Er zijn geen bronnen aanwezig in het Leids politiearchief over de vervolging van communisten en socialisten in 1941 en 1942. Ook over de latere jaren zijn de bronnen schaars.
Het boek van Harthoorn is een belangrijke bron van informatie om iets te weten te komen over bepaalde personen, maar over het functioneren van de organisatie weten we weinig tot niets.