Eldering, Petrus

Gepubliceerd door Alphons Siebelt op

Na zijn emeritaat in 1933 kwam de Remonstrantse predikant Petrus Eldering (1868-1954) in Oegstgeest wonen. Hij was predikant van de Remonstrantse gemeente in Rotterdam geweest. In zijn werkzame leven had Eldering actief deelgenomen aan allerlei theologische en politiek getinte discussies binnen de Remonstrantse Broederschap. Tijdens de Eerste Wereldoorlog was hij actief geworden in progressief-linkse en antimilitaristische kringen. In 1924 werd hij lid van de christen-antimilitaristische organisatie Kerk en Vrede, waarvan plaatsgenoot G.J. Heering de leidende persoon was. Hij was een pleitbezorger van het recht op dienstweigeren. Al vroeg nam hij stelling tegen het opkomend fascisme en nationaalsocialisme, vooral vanwege het agressieve militaristische karakter van deze ideologieën. Over deze onderwerpen schreef hij in diverse bladen.

In Leiden ging hij als emeritus nog regelmatig voor in diensten van de Remonsrantse gemeente, de Vrijzinnig Hervormde gemeente en de Evangelisch Lutherse gemeente. Een of twee keer per jaar verleende hij medewerking aan een activiteit die direct te maken had met de actuele politieke en humanitaire crises in de wereld. Hij hield een lezing voor Eenheid door Democratie, een lezing over religieus socialisme en voor de de Bond voor Internationale Vriendschap. Ook was hij lid van een comité, dat in 1938 hulp voor China organiseerde en in 1939 van een comité dat een bazaar hield ten bate van het Spaanse kind. Veder zal hij zich hebben beziggehouden met de discussies binnen Kerk en Vrede.

Hulp aan onderduikers
In de oorlogsjaren gaf hij aan zijn afkeer van het nationaalsocialisme ook een praktisch gevolg, zo blijkt uit enkele naoorlogse verklaringen.
Het Leidsch Dagblad van 1 december 1948 (met een correctie op 2 december) meldt in het verslag van het proces tegen de Leidse rechercheur Adrianus Biesheuvel, dat hij en zijn collega Willem de Groot bij Eldering een onderduiker hadden aangetroffen. Dat zegt op zichzelf weinig, maar beide rechercheurs waren fervente Jodenjagers.
Veel duidelijker is de getuigenis voor de aanvrage van de onderscheiding Rechtvaardige onder de volkeren van het instituut Yad Vashem in Jeruzalem voor Trijntje Taconis. Trijntje was aan het begin van de oorlog een studente van de Leidse universiteit. In 1942 hielp ze twee Joodse leeftijdgenoten aan een onderduikadres, dat al snel niet veilig leek te zijn. Trijntje bracht één van hen naar Haarlem en de ander, Rosa Nijkerk, naar dominee Eldering, die haar tijdelijk onderdak bood. Na korte tijd leek het toch veiliger voor haar om naar elders te verhuizen. Dat werd Amersfoort. Ds. Eldering en Trijntje Taconis bleven Rosa opzoeken om haar distributiebescheiden te brengen. Trijntje heeft nog andere Joden geholpen, maar hun namen zijn niet bekend. Ze kreeg de onderscheiding in 1982.
Eldering bood ook enige tijd onderdak aan Jef Last, een bekende schrijver uit de radicaalsocialistische hoek, die lid was geweest van een Spaanse eenheid tijdens de Spaanse burgeroorlog. In de oorlogsjaren was hij mede-oprichter was van het blad De Vonk van de Internationale Socialistische Beweging. Redacteur van De Vonk was ook de Leidse arts Wim Storm.